Bargoense taal

“Vershtrungkeld dienne tuën, wat ee keëneske òp ut hüevelke drajt?”
Is het antwoord “Siëbes”, dan verstaat de gevraagde Groenstraat-Bargoens.

Het Groenstraat Bargoens is een oude handelstaal uit de Middeleeuwen, die in de regionen van de Groenstraat tot begin 1900 gesproken werd, met als voornaamste reden om niet verstaanbaar te zijn voor diegenen met wie handel werd gedreven.

De mannen uit de Groenstraat gingen in die tijd namelijk op “d’r Hoarschnit”. Met de lange haren van de lokale vrouwen trokken ze dieper het Europese vasteland in om deze haren aan pruikenmakers te verkopen. Veel vrouwen verkochten hun haar vaak zonder medeweten van hun man of familie, dus werd er een laag haar onder een volgende laag haar weggeknipt, waarna de bovenste van de twee lagen de weggeknipte laag weer bedekte, zodat het niet opviel.

Als de mannen daarna terug kwamen met hun verdiende geld werd er gefeest in de kroeg, alwaar hun vrouwen hen dan moesten zoeken, en zo is ook het “Auw Wieverbal” uiteindelijk ontstaan!